Systeem van kwaliteitsborging

Stap 1: Interne Kwaliteitszorg
Het uitgangspunt is dat de bronhouder allereerst zelf verantwoordelijk is voor het waarborgen van de kwaliteit van de registraties en daarover verantwoording aflegt. De bronhouder dient in eerste instantie zelf maatregelen te nemen om de datakwaliteit te waarborgen.
Stap 2: Informatievergaring
Instrumenten zoals kwaliteitsdashboards, voortgangsmonitors, terugmeldvoorzieningen en een driejaarlijkse controle geven inzicht in de gerealiseerde gegevenskwaliteit en dragen bij aan de verbetering ervan. Een ander belangrijk instrument is de periodieke zelfevaluatie.
Stap 3: Kwaliteitsmanagement
Kwaliteitsmanagement is erop gericht om op een constructieve manier bronhouders te stimuleren om de afgesproken gegevenskwaliteit te realiseren. Hiermee wordt voorkomen dat gebruikers last krijgen van grote onvolkomenheden in geobasisgegevens. Door op tijd te sturen op gegevenskwaliteit wordt daarnaast formeel toezicht zoveel mogelijk vermeden.
Stap 4: Toezicht (en handhaving)
Gezien het grote belang van goed functionerende geobasisregistraties zal de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de nodige (juridische) voorzieningen kunnen treffen indien dagelijks bestuur in ernstige mate tekort (blijft) schieten. Bijvoorbeeld indien een bronhouder bij de bijhouding structureel de verplichtingen niet nakomt. Hierbij is de Wet revitalisering interbestuurlijk toezicht van toepassing.
Met deze aanpak wordt voorzien in een vorm van toezicht die zich meer direct richt op de kwaliteit van de registratie, waar nodig gecombineerd met aandacht voor de met de registratie samenhangende processen binnen een bronhouderorganisatie. De inrichting van de zelfcontroles zijn nader uitgewerkt in de betreffende ministeriƫle regelingen.